een Nieuw Park
Kaarten
en plattegronden vertellen hun verhaal
Voorwaarde voor de uitgifte van
gronden
Het leven in het dichtbevolkte en snelgroeiende Den Haag (1850: 70.000 inwoners) stond in de 19de eeuw letterlijk in een kwade reuk: slechte hygiënische voorzieningen zoals de stinkende grachten ('open riolen') werden gezien als veroorzakers van terugkerende epidemiëen (o.a. cholera) die veel slachtoffers eisten. Bemiddelde stadsbewoners probeerden uit te wijken naar gebieden buiten de stad waar ruimte en frisse lucht in overvloed aanwezig waren. Maar de klassieke zienswijze van de stad als compacte verdedigbare concentratie maakte slechts langzaam plaats voor het inzicht dat Den Haag anno 1850 geen ommuurde vesting meer was en dat de aanwezige singels geen grachten waren met militaire betekenis. Bouwen buiten de singels moest toch mogelijk zijn? Een uit nood geboren koninklijk initiatief bracht de gedachten in een stroomversnelling.
Het Willemspark
Al voor zijn
troonsbestijging kocht koning Willem II een groot gebied ten noorden van het
Noordeinde, buiten de singel langs de Mauritskade. Tijdens zijn koningschap liet hij hier een
landschapstuin aanleggen en aan de Nassaulaan een monumentale manege (in 1853 verbouwd
tot kerk, nu het kantoorgebouw van de Vereniging Nederlandse Gemeenten).
Willem II voerde, voor Nederlandse begrippen, een grote staat en maakte
flinke schulden.
Koning Willem III,
die de failliete boedel van zijn vader erfde, verkocht het
park in 1855 voor 45.000 gulden aan de gemeente met de
understanding dat hier villa's zouden worden gebouwd. Op verzoek van het
gemeentebestuur ontwierp de gemeentearchitect W.C. van der Waeyen Pieterszen
hier in de jaren 1855-1858 een plan voor een villapark, dat in de daarop
volgende jaren door verschillende aannemer-architecten combinaties zou worden ingevuld:
het begin van het stijlvolle Willemspark rond het latere Plein 1813.
Projectontwikkelaars en speculanten kenden de markt en zagen de uitbreiding van hun speelveld met voldoening aan: het villapark, of kortweg Park, als gezonde woonomgeving voor welgestelden werd geboren. In onze buurt werden het van Stolkpark en het Belgisch Park succesvolle ontwikkelingen; de laatste in het kielzog van het opbloeiende toerisme rond Scheveningen.
Het gemeentebestuur liet zich graag inspireren het spel mee te spelen en was extra gemotiveerd als daarmee ook een nieuwe toekomst kon worden geboden aan een verwaarloosd zorgenkind: het terrein van de voormalige afzanderij langs het Kanaal naar Scheveningen. Kaarten en plattegronden werden uitgewisseld om de handen op elkaar te krijgen voor een nieuw Park voorbij de Witte Brug. In 1887 was er voldoende consensus ontstaan om de eerste stappen te zetten.
Het Gemeenteverslag 1887 meldt
hierover:
Nadat de Raad zich bij besluit van 22 Maart 1887
vereenigd had met het voorstel tot aanleg in eigen beheer van de terreinen
tusschen het Kanaal en den Badweg tot park, werden met de eigenaren van de
daarin gelegen erfpachtsgronden onderhandelingen aangeknoopt om de terreinen
bij minnelijke schikking in vollen eigendom terug te bekomen. Zodra deze
schikkingen zullen zijn tot stand gekomen stelt men zich voor met den aanleg
te beginnen en alsdan tevens aan de Haagsche Tramway Maatschappij den weg
aan te wijzen voor het leggen harer lijnen, voor het in werking brengen van
een tramdienst met electrische beweegkracht.
Het beoogde terrein voor het Nieuwe Park omvatte het duingebied tussen de Badhuisweg en het Kanaal, vanaf de Witte Brug tot aan de Nieuwe Duinweg. Om dit terrein voor woningbouw te ontsluiten werd in 1888 de hoofdweg van het Nieuwe Park aangelegd: de Nieuwe-Park Laan, na korte tijd de Nieuwe Parklaan genoemd.
De signatuur van het Nieuwe Park werd in 1891 zelfverzekerd vastgesteld in de 'Voorwaarden voor de uitgifte van gronden'.
Het Raadsbesluit van 22 maart 1887 waarin gesproken wordt over ''aanleg in eigen beheer van de terreinen' had te maken met enige verontrusting in de Raad over al te voortvarend optreden van de gemeente; zou er wel voldoende belangstelling bestaan voor het Nieuwe Park? In de Raad was het belang van de markt voor dure woningen dichter bij het strand goed vertegenwoordigd. E.e.a. had tot gevolg dat de gemeente nauwelijks aanstalten maakte het terrein van de voormalige afzanderij bouwrijp te maken. Hierdoor voltrok zich onafwendbaar een slepende tweedeling in het Nieuwe Park:
- tussen en langs de Nieuwe Parklaan en
de Badhuisweg kwam een gezonde ontwikkeling van villa-achtige nieuwbouw tot
stand in de
'achtertuin' van het gehucht Wittebrug.
Daarbij slaagden project-ontwikkelaars er herhaaldelijk in ontheffing te krijgen van de voorwaarden voor de uitgifte van gronden en met name van bepalingen waarin alleenstaande villa's werden voorgeschreven. Deze ontwikkeling is goed herkenbaar in het blok woningen tussen de Badhuisweg, de Wagenaarweg en de van Lennepweg - aan de zuidwestelijke kant van de Nieuwe Parklaan werd aanvankelijk alleen het gedeelte tussen de Witte Brug en de Wagenaarweg ontwikkeld; maar verderop, tussen het Kanaal en de Nieuwe Parklaan heerste de onaantrekkelijke erfenis van de kaalslag die achtergelaten was door de afzanderij.
Het heeft dertig jaar moeten duren voordat de gemeente de handdoek in de ring wierp. In 1922 sprak de gemeenteraad het verlossende woord door een ontwerp van Pieter Westbroek, directeur van de gemeentelijke plantsoendienst, goed te keuren: een open park met speelweide en waterpartijen, maar zonder woningen. Wel een park dus, zelfs een nieuw park maar niet in de oorspronkelijke zin van villapark. De tweedeling werd in 1926 bekrachtigd met een nieuwe naam: het Westbroekpark, naar de (in 1925 overleden) ontwerper.
Tot dan ging het Nieuwe Park alleen met zijn soortnaam door het leven en het gebruik van de naam werd tenslotte beperkt tot de combinatie 'Nieuwe Parklaan'. Dat is zo gebleven en heeft in oppervlakkige beschrijvingen bijgedragen aan de instandhouding van het misverstand dat het Nieuwe Park en het Westbroekpark identiek zijn en dat woningbouw nooit voorzien was. Ook in recente documenten van het gemeentebestuur zijn sporen van deze historische dwaling aanwezig.
Uit de
Beheersverordening Wittebrug-Westbroekpark van 2011, p. 8:
.....Rond de eeuwwisseling maakte Berlage een plan voor bebouwing van het
door afgraving ontstane weidegebied tussen het kanaal en de Nieuwe Parklaan.
Tegelijkertijd ontstond de gedachte op deze locatie een park aan te leggen;
het zogenaamde Nieuwe Park.....
Op deze website heeft het nooit gedoopte Nieuwe Park alsnog een eigen naam gekregen: het Wittebrugpark, waarvan het Westbroekpark een onderdeel is met een eigen geschiedenis. Daarnaast wordt 'straatsgewijs' gekeken naar de straten in het Wittebrugpark waar het beoogde villapark zich wel degelijk heeft ontwikkeld.
De hier gegeven visie op de geschiedenis van het Nieuwe Park wordt aanvullend ondersteund door een beeldverhaal met geselecteerde kaarten en plattegronden.
het Wittebrugpark NU
In 1978 introduceerde de
Gemeente het begrip Wittebrugkwartier bij de vaststelling van het
'bestemmingsplan Wittebrug'; op bovenstaande kaart is dit gebied omlijnd
met rode stippen: •••••.
in 1995 kreeg het Westbroekpark zijn eigen Bestemmingsplan. De beide
Bestemmingsplannen werden echter weer herenigd in de 'Beheersverordening
Wittebrug en Westbroekpark' (2011). Al eerder gebeurde iets vergelijkbaars
op deze website waar in 2003 de naam Wittebrugpark' werd geïntroduceerd; in
2005 werd deze naam verankerd in het domein wittebrugpark.nl. Overigens, een
naam die het kennelijk goed doet, getuige het aantal (Google)
hits op
23-12-2011:
- wittebrugpark, 579
- wittebrugkwartier, 119
beide
namen zijn waarschijnlijk uniek, d.w.z. ze verwijzen uitsluitend naar zaken
die door de naamgevers zijn bedoeld
Wittebrugpark.
Het hier
afgebeelde kaartfragment is gebaseerd op de elders op deze website getoonde
kaart uit 1992 van het Monumenten Informatie Project - Den Haag (MIP).
Overeenkomstig de presentatie van het MIP zijn de gebouwen, gesticht vóór
1950 gemarkeerd in blauw, nà 1950 in geel. Nieuwbouw in de periode 1992-2007
is aangeduid met gele stippen of cirkels waarmee de kaart provisorisch
up-to-date (maart 2008) is gemaakt; dit betreft
- de beide flatgebouwen
op de hoek Badhuisweg-Borweg
- de villa Nieuwe Parklaan 56A naast het
Rudolf Steiner verpleeghuis
- het appartementencomplex 'Résidence
Koninginnebrug'
- de villa op de kolossale munitiebunker aan de
Badhuisweg (naast Dennehove)
Het 'uitgelichte' (witte) gebied is het Wittebrugpark; het grijze gebied ligt er buiten.
In een analyse van het enigszins warrige begrippenkader mag de naam van onze wijk, Westbroekpark en Duttendel, niet onvermeld blijven. Deze wijk is één van de acht wijken (waaronder de buurwijken Van Stolkpark en Belgisch Park) binnen het Stadsdeel Scheveningen.
'Monumenten' in het Wittebrugpark
Het Wittebrugpark is onderdeel van één van de tien Haagse 'Rijksbeschermde Stadsgezichten'. Dit zijn, aldus de beschrijving in het MIP,
monumentale stadsdelen die van nationale betekenis zijn. Naast de schoonheid van de architectonisch waardevolle bebouwing tellen daarbij ook andere voor het karakter van het gebied bepalende factoren; dit zijn het historische stedenbouwkundige patroon met zijn bebouwde en onbebouwde ruimten, de bouwvormen, de samenhang in het gebruik van de gronden en opstallen.
Geen al te scherpe definitie maar de bedoeling is wel duidelijk: het moet er mooi uitzien. Sinds de vaststelling van het Bestemmingsplan in 1978 heeft het behoud van beeldbepalende kenmerken de wind in de rug gekregen, o.a. bij restauraties in het voormalige gehucht Wittebrug. Aan de andere kant: nieuwe tijden stellen nieuwe eisen en daarvoor moet ruimte zijn; onze buurt is geen museum. Toch zou het naïef zijn te denken dat het voortaan vanzelf goed komt door het 'vrije spel der maatschappelijke krachten' en toezicht van de overheid. Ook waakzame buurtbewoners spelen nog steeds een onmisbare rol om dubieuze initiatieven van speculanten en projectontwikkelaars tijdig in beeld te brengen en daarvoor aandacht te vragen (zie o.a. Kopen en Slopen in het Wittebrugpark op deze website).
In de strijd tussen nieuw en oud speelt de
Monumentenwet uit 1988 een belangrijke stabiliserende rol. De
monumentenstatus is verleend aan 14 panden in onze buurt; een handige lijst
voor bewoners en belangstellenden die de buurt willen verkennen. De
monumentenlijst van Den Haag telt, binnen het Wittebrugpark, niet minder dan
vijftien beschermde monumenten, waarvan twaalf de status van Rijksmonument
hebben; drie voeren het predikaat Gemeentelijk Monument (GM). Het gaat om de
volgende objecten:
Badhuisweg: 141 t/m 163; bunkers (GM)
Nieuwe
Parklaan: 1 t/m 5 (GM); 7; 9; 15 (GM); 17; 55; 58; 60; 76
Van Lennepweg:
30; 32; 38+40
Wagenaarweg: 30